De wijnrank zou ouder zijn dan de mensheid. Ontstaan in Klein-Azië, geacclimatiseerd in Egypte en daarna in Griekenland, Italië en ten slotte in het gebied van het Romeinse rijk dat toen Gallië werd genoemd en later Frankrijk zou worden.
Aangekomen via Zuid-Frankrijk, vinden de wijnranken hun voorkeursbodem rond Bordeaux, de Champagne-streek en Bourgondië. De druivencultuur en de transformatie ervan zijn door de jaren heen en met hulp van vele generaties wijnboeren een kunst geworden, waarvan de geheimen alleen mondeling van generatie op generatie werden doorgegeven.
De wijngaarden van bordeaux
Gekarakteriseerd door gematigde en regelmatige regenval, met milde temperaturen en relatief zachte zomers, leent het oceanisch zeeklimaat van de Bordeaux-streek zich perfect voor de wijncultuur.
De bodems bestaan uit kleikalksteen met neutrale of alkalische pH, en vrij zure grindachtige bodems.
Druivensoorten: Merlot, Cabernet Sauvignon, Cabernet Franc, Sémillion, Sauvignon en Muscatelle, 80% rood en 20% wit.
De wijngaard van de champagnestreek
Genietend van een zeeklimaat met continentale trekjes, liggen de wijngaarden van de Champagne aan de noordelijke grens van de wijncultuur. De winters zijn er hard maar de zomerse zon is gul en de regenval regelmatig.
De bodems bestaan voornamelijk uit kalksteen en mergelgronden ( een combinatie van klei en kalksteen).
Druivensoorten: Pinot Noir, Pinot Meunier en Chardonnay. 90% wit, 5% rood, en 5% rosé.
